Hilversum 12 november 2020
Edelachtbare heer/vrouwe,
Dit schrijven gaat niet over een klacht, dat ik het niet eens ben met de manier waarom wij worden gedagvaard staat op dit moment los van een opmerking in die dagvaarding waar ik heel erg moeite mee heb.
Ik wil u vragen of u mijn kan informeren of het gepast en in een rechtszaak tussen ons bedrijf en de stichting Bosatex(vanuit de overheid geïnitieerd als bemiddelaar/adviseur en uitgifte instantie van substantiële subsidies inzake inzake bodemsanering (voormalige)textiel reinigings industrie).
Dat het geschil bij een rechter moet worden gewogen begrijp ik. Dat het om veel geld gaat begrijp ik ook, dat de Stichting Bosatex meer buffer heeft om Prof. mr G. van der Veen in te huren om hun gelijk te krijgen snap ik ten dele, maar kan daar meegaan in die overweging.
Ik zal heel kort proberen u een tijdlijn te schetsen zodat u ook weet in welke context deze opmerking bij ons wat pijnlijk is aangekomen, ik weet niet of Prof. mr G van der Veen op de hoogte is van deze achtergronden(ik ga er wel vanuit als hij het dossier bestudeerd heeft daar het een belangrijke rode draad is in dit dossier).
Mijn overgroot Opa heeft in Hilversum in 1885 een wasserij en ververij opgericht, dit is in de loop van de jaren door mijn Tante en Vader overgenomen. Zoals in een klein familie bedrijf is hier hard gewerkt en is de zaak tot respectabel bedrijf uitgegroeid.
in 1974 is er in een verhuurd gedeelte van het bedrijf brand ontstaan en zijn er fouten gemaakt tijdens het blussen door de brandweer waardoor er issues zijn ontstaan in die bodem.
Zoals het gaat in ondernemers familie werden de handen uit de mouwen gestoken en was er binnen een week weer het bedrijf up and running.
Na gifschandaal Lekkerkerk is de overheid wakker geschrokken, en door communicatie fouten in het proces Lekkerkerk is er een hele grote angst ontstaan bij de overheid en hebben zij iedereen die iets bedrijfsmatig met chemicaliën gedaan heeft gestuit, dat was daags voor kerst 1996.
In het traject van onwetendheid, incompatibiliteit van de desbetreffende overheden etc, is er indicatief een bedrag van 1,9 miljoen ingeschat om de bodem schoon te maken, die vervuild is door de fouten in het blussen van de brand door de brandweer.
Dit bedrag heeft zich als een bom ingeslagen in het hoofd van zowel mijn Vader, Tante, mijn Moeder en oom.
Mijn Vader en Tante waren net met pensioen en dit is het begin van een vrij intensieve lijdensweg.
De jaren tot de dood van mijn Vader en Tante heeft dit hun hele leven
beheerst. Het laatste wat mijn Vader mij vertelde was een tekeningetje over de
bodemproblemen, hij mompelde wat, ik heb het niet kunnen verstaan helaas. Dit heeft significante impact gehad op de kwaliteit van leven van mijn ouders en tante, alsmede indirect/direct op die van de kinderen.
Na de dood van mijn Vader is het bestuur van de OG Hammann BV die overgebleven is onder mijn bestuur gekomen.
Naast de impact van de verminderde kwaliteit van leven zag ik toen pas welke
bedrijfsmatige impact deze “paniek” heeft gehad, er is bakken met geld aan adviezen uitgegeven welke niet tot enig constructief resultaat heeft kunnen leiden en tot overmaat van ramp was er bij de Stichting Bosatex ook geen oor voor het verhaal waar de problemen in deze orde van grote is begonnen de brand in 1974. Mijn Vader is met onbegrip in deze heen gegaan.
Tot zo ver in vogelvlucht de context, ik heb in nov 2015, na het overlijden van mijn vader mijn doel gesteld dit probleem op te lossen, hier zijn we door heel, heel veel effort, veel onderzoeken en vele opofferingen redelijk in aan het slagen, los van de rechtszaak tussen ons(Hammann BV) en de Stichting Bosatex over de onjuistheden van de adviezen(die voor bevoegd gezag zijn opgesteld en ditzelfde bevoegd gezag de advisering als niet realistisch bestempelt, maar daar gaat de rechter over en is geen deel van mijn vraag).
In het door AKD, Prof. mr G. van der Veen opgestelde dagvaarding (AKD productie 17,
pagina 2 ¾ vd pagina)wordt in het verweer aangehaald.
”
Mijn cliënte heeft mij verzocht, de bedragen niet alleen(in rechte) bij de vennootschap te vorderen, maar ook uit hoofd van onrechtvaardige verrijking bij bestuursleden en/of erven van Hammann B.V.
Daarom stuit ik bij deze mogelijke verjaring van civiel rechtelijke aanspraken op de B.V., bestuursleden daarvan en erven.
”
. . . . . . .
En toen werd het even stil hier toen we dat lazen.
Ik heb het de familie niet kunnen vertellen deze passage, ik kan het niet begrijpen, mede dat een groot deel van de verminderde levenskwaliteit veroorzaakt is door de bureaudirecteur van de Stichting Bosatex, te vorderen onrechtmatige verrijking bij en/of erven van Hammann B.V.
U begrijpt dat deze opmerking bij mij wel even als heel laag en niet correct aankomt. Het gaat hier over een onbetaalde rekening van ~10k, verminderde levenskwaliteit bij mijn familie mede veroorzaakt door diezelfde Stichting die (groten)deels door de overheid wordt gefinancierd.
Graag zou ik van u willen weten of deze, zeer zeer pijnlijke uitspraak kunnen in een rechtstaat en of deze manier van procederen, ik kan deze zin niet intimideren noemen zoals de rest van de dagvaarding, eerder kwetsend, moedwillig pijn doen, een manier is zoals we willen dat er geprocedeerd wordt in Nederland.
Ik hoop dat ik u een klein beetje heb kunnen vertellen wat en hoe, ik vindt het moeilijke materie om dit te kunnen plaatsen en goed mee om te gaan binnen de juridische wereld, maar deze opmerking heb ik na weken wikken en wegen toch bij u willen neerleggen om U te vragen hier mij toe te lichten als Deken van de regio Rotterdam waar AKD, prof mr G. van der Veen praktiseert.
Mocht u nog vragen hebben of nadere toelichting, stukken of anderzeids nodig hebben vraagt u mij gerust.
Dank voor uw tijd, ik merk dat alleen het formuleren van deze vraag mij sterkt deze vraag aan U te stellen.
Met hoogachtende groet,
Marcel Hammann, namens HammannBV
Na lang nadenken zijn we toch overgegaan om deze opmerking als klacht in te dienen. Deze is door de deken van de orde opgepakt en zal in demaand januari 2021 worden behandeld.
Hier de bevestigings email van de orde:
”
Geachte heer Hammann, geachte confrère,
In goede orde ontving ik het klachtformulier met bijlage van de heer M.F.J. Hammann waarin de heer Hammann een klacht indient tegen mr. G.A. Van der Veen, advocaat te Rotterdam. Een kopie daarvan zend ik bijgaand mee voor mr. Van der Veen (bijlage). Voorts zend ik mr. Van der Veen de in de tussentijd gevoerde correspondentie (bijlagen).
Krachtens de Advocatenwet is mij opgedragen om klachten tegen advocaten ingeschreven in het arrondissement Rotterdam te onderzoeken en te bemiddelen waar dat gewenst en mogelijk is. Ik stel daartoe mr. Van der Veen in de gelegenheid om zich tegen de ingediende klacht te verweren. Graag ontvang ik de reactie van mr. Van der Veen binnen drie weken na heden, dat wil zeggen uiterlijk 28 januari 2021.
De klachtbehandeling zal in beginsel plaatsvinden volgens de “Leidraad dekenale klachtbehandeling”. U kunt kennisnemen van deze leidraad op de website www.advocatenorde-rotterdam.nl.
Hoogachtend,
- ************
deken
Orde van Advocaten Rotterdam
”
Onderstaand de documenten zoals deze bij de klacht zijn toegevoegd:
Mail aan Hammann 24 november 2020
Mail van Hammann 10 december 2020
Mail aan Hammann 15 december 2020
Mail van Hammann 4 januari 2021